Bewegen: leuker als het zinvol is
door Elly Molendijk, IDé - Redactioneel - 01-07-2013
Bewegen is noodzakelijk voor lichaam en geest, maar hoe zorg je ervoor dat mensen ook in het verpleeghuis in beweging blijven? Experts ontwikkelden een eenvoudige methode. De kern is: zoeken naar beweegmomenten en –mogelijkheden die aansluiten bij de behoeften van de bewoners.
Hoe laat je bewoners bewegen zonder dat het een corvee wordt? Een vraag waar heel wat instellingen zich voor geplaatst zien. Gezamenlijke fitnessuurtjes zijn niet voor iedereen het antwoord. Het gaat erom het bewegen op een natuurlijke manier in te passen in de dagbesteding.
Fotokaarten helpen bij het kiezen van activiteiten.
Persoonlijk plan
In Zuid-Limburg hebben een aantal experts op het gebied van ergotherapie, fysiotherapie en kwetsbare-ouderenzorg de handen ineen geslagen. Zij ontwikkelden de MIBBO: Methodiek ter Inventarisatie van Betekenisvolle Beweegvoorkeuren van Ouderen.
In zeven stappen wordt van elke bewoner vastgesteld wat de favoriete en meest passende vormen van beweging zijn. Aan de hand hiervan kan er vervolgens een persoonlijk beweegplan worden opgesteld.
Uiteraard houdt de methode daarbij rekening met de beperkingen en mogelijkheden van de bewoner zelf en met die van de instelling op het gebied van personele inzet, ruimte en faciliteiten.
Interview
Om MIBBO effectief te laten zijn, gelden er twee voorwaarden :
- de bewoner moet, ondanks mogelijke beperkingen, in staat zijn tot actief bewegen. Hij/zij dient minimaal in staat te zijn om eenzijdig of met beide armen reik- en grijpbewegingen te maken en zittend deel te nemen aan activiteiten.
- een bewoner moet qua communicatie minimaal in staat te zijn om op gesloten vragen te antwoorden.
De voorkeur voor activiteiten van de bewoner kan in een één-op-één interview gepeild worden. Hiervoor is een serie kaarten ontwikkeld die helpen om de persoonlijke voorkeuren vast te leggen.
Er zijn twee soorten kaarten: fotokaarten en keuzekaarten. De fotokaarten laten activiteiten zien, de bewoner geeft daarna aan bij welke keuzekaart de activiteit hoort: 'wil ik graag doen' of 'wil ik niet doen'. Weer andere keuzekaarten kunnen helpen om te achterhalen hoe een bewoner de activiteiten uit de positieve stapel het liefst heeft: in welke vorm (groep of individueel) en wanneer (ochtend, middag).
Voorbeelden van keuzekaarten |
De zeven stappen
Centraal in MIBBO staat een klapper met daarin een handleiding, een beslisboom, een scoreformulier, de foto- en keuzekaarten. Met behulp daarvan worden de zeven stappen uitgevoerd.
voorbereiding
stap 0: selectie fotokaarten (afgestemd op de doelpersoon)
stap 1: invullen persoonlijke gegevens en contra-indicaties
interview
stap 2: uitleg procedure en open vragen rondom beweegpatroon
stap 3: interview over keuze activiteiten met behulp van fotokaarten
stap 4: keuze favoriete top 5 activiteiten
stap 5: inventarisatie hoe en wanneer die activiteiten het liefste/beste uitgevoerd kunnen worden
afronding
stap 6: opstellen beweegplan
Beschikbaarheid
De methode is op dit moment niet algemeen beschikbaar, de ontwikkelaars zijn nog bezig met de inventarisatie van de resultaten van de eerste proeven. Maar vanaf september 2013 zal MIBBO door middel van een gebruikersgroep worden verspreid. Ook wordt er gedacht aan workshops. Wie interesse heeft kan daarover contact opnemen met Melanie Kleynen, een van de ontwikkelaars.
Haar adres en contactgegevens:
Drs. Melanie Kleynen,
Hogeschool Zuyd,
Kenniskring Autonomie en Participatie van mensen met een chronische ziekte,
Nieuw Eyckholt 300,
6400 AN Heerlen.
T: 0031 (0)45 4006366; F: 0031 (0)45 4006369;
E:
www.M-I-N-D.org (Kijk onder projects→ MIBBO)
Bron:
Een uitgebreide wetenschappelijk beschrijving van de MIBBO-methode verscheen in het vakblad NVFG van maart 2012, blz 29-36. Bekijk de pdf.