Extra aandacht voor ouderen met een gebroken heup
Ingezonden - 11-05-2015
Per jaar opereren de chirurgen en orthopedisch chirurgen van het Martini Ziekenhuis 400 mensen die door een ongeval hun heup hebben gebroken. Zij werken daarbij nauw samen met de geriater, anesthesioloog, fysiotherapeut, verpleegkundigen op de Spoedeisende Hulp en verpleegafdelingen. Hiervoor hebben de afdelingen chirurgie en orthopedie van het Martini Ziekenhuis gezamenlijk een nieuw ‘routeplan’ ontwikkeld. Zo krijgen ouderen die onverwachts naar het ziekenhuis moeten omdat hun heup gebroken is, precies de zorg die bij hen past.
Eelke Bosma, chirurg en traumachirurg: ‘De uitdaging was voor ons om acute zorg, zorg die je niet kunt plannen, zo in te richten dat iedereen op elk moment van de dag en week dezelfde hoge standaard van zorg krijgt. Je weet immers nooit óf en zo ja hoeveel mensen die dag binnenkomen met een gebroken heup. Bovendien gaat het vaak om oudere mensen die een fragiele gezondheidssituatie hebben. Juist zij verdienen die extra aandacht en vlotte doorloop van binnenkomst naar behandeling tot revalidatie.’
Van anti-doorligmatras tot ICT
Het nieuwe ‘routeplan’ omvat een breed pakket aan vernieuwingen die de medische zorg en logistiek voor deze patiënten verbetert. Zo krijgt elke patiënt die binnenkomt met een gebroken heup, direct op de Spoedeisende Hulp een anti-doorligmatras. Bosma: ’Omdat mensen met een gebroken heup stilliggen, is het mogelijk dat er vrij snel doorligwonden ontstaan. Dat willen we voorkomen.’ Daarnaast is het nu standaard dat de geriater medebehandelaar wordt. Zo wordt in het allereerste stadium het risico op het ontwikkelen van een delier onderzocht. Ook kan de geriater onderzoeken of er een medische oorzaak is voor de val waardoor de heupfractuur is ontstaan en doet hij onderzoek naar botontkalking.
Verder is de digitale ondersteuning van het medische proces helemaal op de schop gegaan. Het hele proces, van binnenkomst op de SEH tot ontslag uit het ziekenhuis, is nu voor iedereen met één druk op de knop inzichtelijk en is in overleg met de apothekers en anesthesiologen het medicatiepakket geautomatiseerd.
Voor en na de operatie
De landelijke richtlijn is dat mensen die een heupfractuur hebben, binnen 24 uur geopereerd worden. Bas Knobben, orthopedisch chirurg: ‘Het is belangrijk dat je snel weet wanneer de operatie plaats kan vinden. Blijkt namelijk dat de operatie pas de volgende dag kan, dan hoeft de patiënt bijvoorbeeld niet ‘voor de zekerheid’ nuchter te blijven. En kan hij of zij best een hapje eten en drinken. Dat klinkt vanzelfsprekend, maar is van groot belang voor de conditie van deze vaak kwetsbare groep mensen. Zo gaan ze zo fit mogelijk de operatie in en komen ze er ook zo goed mogelijk weer uit.’
Knobben: ‘Na de operatie proberen we de patiënten zo snel mogelijk weer op de been te helpen. We hebben daarbij veel geleerd van de techniek die we hier in het ziekenhuis gebruiken bij de geplande heup- en knievervangingen, zogenaamde multimodale pijnbestrijding. Zo hebben de patiënten door uitgekiende pijnstilling na de operatie weinig tot geen pijn en zijn ze niet tot nauwelijks misselijk. Hierdoor kunnen we heel snel beginnen met de revalidatie. Om alle patiënten dezelfde zorg te kunnen geven, hebben we het mogelijk gemaakt dat de fysiotherapeut ook in het weekend aanwezig is om zo snel mogelijk met de revalidatie te beginnen. Zo verkleinen we het risico op urineweginfecties en doorligplekken. En levert de ‘route’ van a tot z de beste zorg op.’
Op de foto v.l.n.r.: geriater Annerike Govers, (trauma)chirurg Eelke Bosma, orthopedisch chirurg Bas Knobben en anesthesioloog Anita ten Hagen.
Bron: Martini Ziekenhuis